Als de wereld een koekje zou zijn, kwam alles goed (over klimaatactivisme)

Een tijdje terug schreef ik een stukje over X. X is klimaatactivist en heet eigenlijk anders.

Maar ja: klimaatactivist in 2023.

X is mijn collega. Drie dagen per week werken we samen in een klaslokaal op een middelbare school.

Daar in dat lokaal gebeurt alles tussen niets en alles.

Alles tussen stilte en chaos.

Alles tussen “Héééé juf!” en “@#_+)$#@#@($_#”

X en ik delen dat met elkaar.

In stilte.

Met blikken over groeispurtschouders.

Even dat ene 0,00001 milli-wimperknippertje naar elkaar. Zo’n blik waarin we zeggen: “Er liggen nog koekjes in de kast voor na de les. Alles komt goed.”

Na de laatste schoolbel wandelen we samen naar de bushalte.

Drie keer per week. Twaalf minuten.

Langs flats, perkjes en de Vomar.

Een nieuwe vriendin is zo gemaakt.

In die twaalf minuten praten we over koekjes, kinderen en ‘t klimaat. Ik leer van X. We praten over actievoeren. Over soepgooiers. Over wat je daarmee bereikt. Over je vastplakken op tafels. Over snelwegen blokkeren. Over de overheid die elk jaar 17,5 miljard pompt in de fossiele industrie.

We praten over wanhoop.

Over iets vinden.

Over iets doen.

Óók als je vrienden opgepakt worden, omdat ze zich zorgen maken. Omdat ze de toekomst van de planeet meer waard vinden dan zakken van mensen in pakken.

Lang had ik zoiets van: ik vind alles wat je zegt zo waar. Maar is ‘t mijn plek wel om me aan te sluiten? Om mee te gaan?

Is het mijn plek wel om iets te vinden of zeggen als je niet precíés kunt uitleggen hoe permafrost werkt? Oké, helemaal niet.

Is het mijn plek wel als je laatst nog hebt gevlogen/vis gegeten/vul zelf in?

Lang dacht ik: da’s hypocriet.

Tot X zei: “Da’s het systeem.”

En dus ga ik morgen mee naar de A12. Voor ‘t eerst.

Boos.

Maar met een rugzak vol koekjes voor op de snelweg.

In de hoop: alles komt goed.

Vorige
Vorige

Moderne verschijnselen: ‘t is ieder voor zich, maar in deze discokerk danst God voor ons allen

Volgende
Volgende

Restauranttip: als je gierig bent met je eten, heb je ook nooit food-fomo naar ‘t laatste hapje